Wij zijn niet altijd dezelfde. Invloeden van binnen en van buiten creëren een constant veranderlijke mix van hoe we ons voelen, hoeveel energie we ter beschikking hebben en tot welke delen van ons brein we toegang hebben.
Op mijn tocht vroegen innerlijke en uiterlijke aspecten om ruimte en werd het even een hele Stille Fanfare. In de tent sliep ik slecht door alle omgevingsgeluiden. En zeker als ik alleen onderweg ben voel ik me ‘s nachts in een tent kwetsbaarder. Het weer was erg onrustig met veel regen, wind en aan de kust zelfs met storm. Een man die ik fietsend inhaalde ging plotseling hard en agressief schreeuwen. Ik durfde niet om te kijken. Had mogelijk het woord Stille Fanfare hem getriggerd? Ik weet het niet, maar het maakte me op dat moment bang. In de toeristische plaatsen leken mensen geen oog of geen belangstelling te hebben voor mijn vangnetje. En zo verdween mijn bord van de Stille Fanfare in mijn tentzak. Geen ruimte voor gesprekken. Het voelde eerlijk om niet geforceerd door te gaan, maar even los te laten.
Ik had behoefte aan mensen, waarmee ik wat meer verbinding zou voelen. En die kwamen op mijn pad. In die dagen kampeerde ik twee keer bij mensen, die met veel eigen inzet een stuk land als voedselbos of eetbare tuin hadden aangelegd vanuit de principes van Permacultuur. Delen is een van die principes en dat mocht ik op beide plekken met veel hartelijkheid ervaren. De ervaringen hebben me opgeladen met kracht en positieve inspiratie. Inmiddels hangt mijn bord weer aan mijn fiets en sta ik opnieuw open voor gesprekken.
Het durven loslaten kostte wat moed, deze ervaring hier op te schrijven ook. Veel in onze maatschappij is erop ingericht dat we functioneren volgens plan. Dat we onze successen delen en niet dat wat niet zo lekker loopt.
Het woord “organisch” komt vaker terug in de gesprekken. Organisch betekend niet mechanisch. Flexibel en veranderlijk, met behoeften en mogelijkheden. Het betekent ruimte voor inademen én uitademen. Voor dag én nacht. Zomer én winter. Energiek zijn én moe zijn. Open voor contact zijn én behoefte hebben aan terug trekken. Met tijden blij zijn én verdrietig mogen zijn.
Als we ruimte maken voor cyclische bewegingen, ons zelf en elkaar er niet voor veroordelen - zouden we dan tevredener, milder voor elkaars verschillen, gezonder, liefdevoller en blijer kunnen zijn?
Is dit niet ook zoiets als: de oevers niet te vol bouwen zodat hoogwater niet meteen desastreus hoeft te zijn? Maar dat is een ander verhaal en komt een andere keer…
Je maakt bange momenten mee. Je gaat door. Dat getuigt van moed.
Dappere vrouw.
Goh Juliane, ik ben onder de indruk van je tocht en je prachtige schrijfstijl, los van het mooie verhaal.
Lieve groet, lidwien